Het bijzondere rode hart van Australië
Wanneer je in Australië bent, mag een bezoek aan het rode hart eigenlijk niet ontbreken. Dit authentieke deel van het land is een ervaring apart. Ik verbleef er dan ook ruim drie weken om de omgeving uitvoerig te bezoeken. Een bezoek aan het rode hart hoeft overigens zeker niet zo lang te duren maar mocht je de tijd hebben dan is het absoluut de moeite waard!
Start: Het Kata Tjuta National Park
Tijdens mijn reis reden wij van Adelaide naar het rode hart, de échte outback van Australië, over de Stuart Highway. Onderweg stopten we in Flinders Ranges en Cooper Peedy maar de eerste stop in the red centre was het Kata Tjuta National Park. Dit is voor mij ook wel hét hoogtepunt van mijn reis door de outback. De populaire en voor Aboriginals heilige Uluru (Ayers Rock) is een geweldig gezicht. Met zonsondergang verandert de rode kleur van de rots naar steeds donkerder rood terwijl de lucht een waar kleurenpalet is. Uluru is enorm en het kijken naar deze rots geeft dan ook een speciaal gevoel, je voelt je ineens heel erg klein. Je kunt Uluru makkelijk vanuit verschillende hoeken en vanaf verschillende uitkijkpunten bewonderen, indien je het leuk vindt kun je er zelfs helemaal omheen lopen. Voor Aboriginals is Uluru een heilige plek en om die reden besloot ik de rots dan ook niet te beklimmen.
Na lang onderzoek is gebleken dat Uluru deel uitmaakt van een immens gebergte waartoe ook de 100 kilometer verder gelegen Mount Conner behoort. Ook Kata Tjuta (de Olga’s, gelegen nabij Uluru) behoren tot dit gebergte. Kata Tjuta, letterlijk vertaald als de ‘vele hoofden’ is een formatie van ruim dertig rotsen gelegen in het gelijknamige national park. Bij Kata Tjuta kun je de Valley of the Winds wandeling maken, een van de meest gewaardeerde wandelingen in dit gebied. En dat is zeker waar, wat een mooie tocht! De Valley of the Winds is een korte wandeling waarbij het landschap steeds verandert en je een prachtig uitzicht hebt over de omgeving met hier en daar een verkoelend briesje. De wandelingen in het national park zijn overigens goed aangegeven en een gids is dan ook niet noodzakelijk.
Kings Canyon
Vanuit Kata Tjuta National Park reden wij naar onze volgende bestemming: Kings Canyon. Tijdens het lopen van de rim wandeling werd ik positief verrast, wat een uniek landschap! De rim wandeling is de populairste manier om de Kings Canyon te bekijken. Het is een tocht van zo’n zes kilometer rondom de kloof en in een rustig tempo waarbij je uitgebreid geniet van de uitzichten, doe je er ongeveer 4 uur over. Het lopen vlak langs de afgrond was erg spannend maar het uitzicht spectaculair! Je kijkt uit over het rode landschap en over de vallei beneden. Er zijn ook delen waarbij je verder van de afgrond loopt, bijvoorbeeld door rotsformaties die op een soort bijenkorven lijken (de zogenaamde 'beehives'). Deze formaties vond ik er heel indrukwekkend uitzien! Neem wel goed de tijd voor de wandeling want bovenop de rotsen kan de temperatuur aardig oplopen. Een rustig tempo en een goede voorraad water is zeer aanbevolen. De rim wandeling is zeker één van de mooiste wandelingen die ik in de outback heb gemaakt!
West MacDonnell Ranges
Over de Mereenie Loop (hier heb je een permit voor nodig) vervolgden we onze reis richting Alice
Springs. Onderweg bezochten we het unieke Palm Valley en maakten we een aantal mooie stops in de West MacDonnell
Ranges. We stopten bij Redbank en Ormiston Gorge, waar je een verkoelende duik kunt nemen in het water en kunt zwemmen tussen de hoge rode rotsen. Ook stopten we bij de Ochre Pits een rotsformatie die bestaat uit verschillende tinten en kleurverschillen. De oker werd door de Aboriginals traditioneel gebruikt in ceremonieën. Met emoe-vet werd het gemengd en gebruikt om lichamen mee te beschilderen en te versieren. Bij de volgende stop, Ellery Creek Big Hole konden we weer afkoelen in het water. Je hebt hier tevens een strandje waar je eventueel kunt ontspannen. De volgende stop was Standly Chasm (hier moet je entreegeld betalen). Na een korte wandeling kom je uit bij een soort van natuurlijk gevormd gangetje waarbij je tussen de hoge rode rotsformaties loopt. Zeker tijdens het middaguur heb je hier een prachtig zicht op de rood gekleurde rotsen. De laatste stop is Simpsons Gap en bevindt zich slechts enkele kilometers van het stadje Alice Springs. Deze kloof huisvest verschillende planten en dieren en we werden dan ook getrakteerd op het bezoek van een Petrogale lateralis, een rotskangoeroe!
Alice Springs
Uiteindelijk kwamen we aan in Alice Springs, een stadje met een zeer geïsoleerde ligging. De dichtstbijzijnde steden zijn Port Augusta in Zuid-Australië (op ca. 1007 km afstand) en Darwin (op ca. 1305 km afstand). Alice Springs ontstond bij de aanleg van de Transaustralische telegraaflijn in 1872 en een bezoek aan het Telegraph Station is dan ook erg interessant! Hier kom je meer te weten over de geschiedenis van deze afgezonderde stad.
Vanuit Alice Springs kun je naar verschillende bestemmingen in Australië vliegen, bijvoorbeeld naar Cairns in Queensland. Vanuit Cairns kun je dan in zuidelijke richting reizen om zo de oostkust van Australië te bezoeken. Uiteraard is het ook mogelijk om naar andere delen van Australië te vliegen. We helpen je graag om jouw perfecte reis door Australië samen te stellen.
Inspiratie nodig? Neem eens een kijkje bij onze voorbeeldreizen Australië.
